Schouwen-Duiveland is het noordelijkste deel van Zeeland. Het draagt als geen ander de littekens van de watersnoodramp van 1953. In de strijd tegen de elementen heeft de natuur sindsdien veel aan de mens moeten prijsgeven. Maar het tij is gekeerd op Schouwen. Staatsbosbeheer werkt actief aan 'nieuwe natuur'. Schouwen is weer een lappendeken aan natuurgebieden. De belangrijkste in vogelvlucht:
Boswachterij Westerschouwen is het grootste bos van Zeeland. 100 jaar geleden was daar nog niets van te zien. De Domaniale Duinen, zoals Boswachterij Westerschouwen toen nog heette, waren één grote stuivende kale vlakte. Rond 1920 is gestart met de aanplant van Corsicaanse en Oostenrijkse dennen. Tot de oorlog uitbrak. De Duitsers wilden vrij uitzicht en de aanplant stopte.
Verder bestaat de Kop van Schouwen uit een heuvelachtig duinlandschap met zandverstuivingen en valleien in de Meeuwenduinen en de Verklikkerduinen. Meer landinwaarts vind je het afwisselende landschap van het Gadrabos, de Duinzoom en de Vroongronden. Verken de natuur al wandelend of fietsend met de tientallen gemarkeerde routes in het gebied.
Rien is natuurgids op Schouwen-Duiveland. Hij geniet ervan om mensen iets nieuws te leren over natuur, en dan liefst met een dosis humor. Rien houdt van de natuur, maar is na zijn ongeluk meer de natuur gaan opzoeken. Hij zit in een rolstoel, maar dat beperkt hem niet. Bekijk het verhaal van Rien.
Vogelaars en fietsers kunnen hun hart ophalen aan de Zuidkust van Schouwen. Na 25 jaar is natuurherstelproject ‘Plan Tureluur’ in 2015 officieel afgerond. Hier vind je een vogelgebied van internationale allure, waar Europees bijzondere soorten zoals kluut, wulp en strandplevier zich thuis voelen. Het gebied is onlosmakelijk verbonden met grootste en natste Nationaal Park van Nederland: de Oosterschelde. Veel kustvogels vinden hun voedsel buitendijks in de Oosterschelde en rusten in de binnendijkse gebieden van de Zuidkust van Schouwen.
Naast het zo’n 40 kilometer lange fietspad langs de gehele Zuidkust van Schouwen zijn er verschillende wandelpaden in de Schelphoek en Krekengebied Ouwerkerk. Vanaf de verschillende uitkijkpunten kijk je uit op de binnen- en buitendijkse natuur van de Prunje en Flaauwers- en Weversinlaag.
Naast Krekengebied Ouwerkerk heeft Staatsbosbeheer vele kreken en welen op Schouwen-Duiveland in eigendom. In Dijkwater bij Sirjansland komen natuur en cultuurhistorie samen. Voor 1953 had Dijkwater 4 haventjes van waaruit landbouwproducten naar de steden werden afgevoerd. Na de watersnoodramp werd het oorspronkelijke stroomgebied ingepolderd en ontstond er een bijzonder natuurgebied. In het vroege voorjaar kleurt Dijkwater paars van de duizenden zeldzame Harlekijnorchideeën. Later volgen moeraswerpenorchis, riet- en bijenorchis en zeegroene zegge.
Verschillende dorpen op Schouwen-Duiveland zijn omgeven door rijke dorpsbossen. Zo ligt er ten noordwesten van Sirjansland een dorpsbos op de plaats waar in 1953 een dijkdoorbraak is geweest. Het kleine bosje heeft een bijzondere natuurwaarde door de aanwezigheid van een vleermuiskelder en een kikkerpoel.
De oorsprong van de bosjes rondom Schuddebeurs ligt in de Gouden Eeuw. De kapitalen huizen uit deze tijd werden voorzien van parken en bossen, die in stand bleven tot de Tweede Wereldoorlog. Toen werden alle bomen gekapt. Na de oorlog zijn de percelen weer opnieuw ingeplant. Nu zijn de verschillende bossen een weelde voor holenbroeders zoals spechten, uilen en boomklevers. Maar ook roofvogels en kleine zangvogels komen graag naar deze bossen. De watertjes in het bos zijn vol leven van kikkers, libellen en salamanders. Bloemen als parnassia en ogentroost kleuren de oevers.
Al in de 16e eeuw stond in Schuddebeurs een hofstede. In de 18e eeuw stichtte Anthonie Ockerse, burgermeester van Zierikzee, hier buitenplaats Mon Plaisir. Het huidige witgepleisterde huis dateert uit de 19e eeuw. Mon Plaisir is in de Tweede Wereldoorlog ernstig beschadigd en ook de natuur liep flinke schade op: in 1945 ging het parkbos verloren, omdat het onder water werd gezet. Het huis is niet toegankelijk, maar het grootste deel van het park wel. In het voorjaar zijn er stinsenplanten te vinden en het hele jaar door is het een paradijs voor vogels.
Oorspronkelijk was er in Noordgouwe een 17e-eeuwse buitenplaats: Weelzicht. Het huis is echter gesloopt nadat het in de Tweede Wereldoorlog onherstelbaar beschadigd was geraakt. In 1950 is er een nieuw landhuis gebouwd. Staatsbosbeheer heeft een klein maar wel heel bijzonder deel van de buitenplaats in beheer: het slingerbosje. Dergelijke bosjes - het woord zegt het al - zijn vergeven van kronkelige paadjes. Ze waren erg in de mode in de tweede helft van de 18e eeuw. Ze zijn geen zuivere rococo en ook nog geen echte landschapsstijl.
In 2000 is in het bosje Mon Plaisir begonnen met een Bos van de Toekomst, waar je een ‘herinneringsboom’ kon planten voor een dierbare. Dit bos is nu ‘vol’.
Bij het dorp Burgh op Schouwen zie je een ronde hoge aarden wal: een ringwalburg. In Zeeland werden vanaf de 9e eeuw deze ringwalburgen langs de kust gebouwd ter verdediging tegen plunderende Vikingen. Tenminste, zo zien de meeste historici de functie van de typische bouwsels. Zoals het woord al suggereert bestaat een ringwalburg uit een ronde of ovale vorm in het landschap. Oorspronkelijk zullen ook houten palen onderdeel uitgemaakt hebben van de verdediging. Net als een brede gracht. Die laatste is nog zichtbaar. Op basis van historisch onderzoek is een deel van de ringwalburg gereconstrueerd zodat de bezoeker zich beter een idee kan vormen over hoe het er vroeger uitgezien moet hebben. Op een paneel is informatie over de geschiedenis van de ringwalburg te vinden.